Misschien wel het beste hardloopweer dat je kunt hebben: de temperatuur een paar graden boven nul, een winters zonnetje, nauwelijks wind. Net voor ik de deur uit liep heb ik nog twee hardloophandschoenen mee gegrist en daar heb ik geen spijt van. De linker van het paar dat ik speciaal voor de wintermaanden heb aangeschaft, de rechter van het paar dat ik enkele weken later kocht toen ik dat eerste paar vergeten was. Dat was vorig jaar bij de Zevenheuvelenloop, toen mijn handen al bevroren toen ik twee stappen buiten het station zette. Gelukkig stonden er volop standjes met mutsen, sjaals en handschoenen op weg naar de Groesbeekseweg. Ik ben het type dat een paraplu koopt als het regent.
Op de slootjes vormt zich een minimaal laagje ijs, een reiger zit er diep weggedoken in zijn verenkleed naar te kijken. De eerste kilometer heb ik het nog koud, daarna kan ik alleen nog maar genieten. Het voelt als wintersport, die zon op m’n gezicht terwijl ik wolkjes uitadem. Het is een tijd geleden dat ik zó ontspannen heb gelopen. The plan wasn’t much of a plan, I just started walking running. Zonder na te denken over mijn tempo, zonder zorgen over hartslag of ademhaling. Gewoon lekker lopen. Het enige plan is om binnen een half uur weer binnen te zijn, zodat ik nog snel kan douchen voor ik de kinderen uit school haal. Precies op tijd kom ik het plein op lopen, met een gelukzalige frisheid die alleen het hardlopen kan brengen. En dan te bedenken dat ik nog even overwoog dit over te slaan …